Gepubliceerd op: | |
Auteur: | Frank Bakker |
Functie: | Managing Director |
Organisatie: | BPP Nederland BV |
Het afgelopen jaar is de wereld weer in de greep geraakt van een dreigende economische crisis. Dit keer niet direct veroorzaakt door de bankwereld, maar door overheden die zich niet aan de begrotingsdiscipline hebben gehouden, falend toezicht, een gebrek aan daadkracht om in te grijpen door politici en de economische staat van de Zuid Europese landen.
Bij het ter perse gaan van dit artikel is het nog volkomen onduidelijk hoe en of een land als Griekenland nog gered kan worden. Alle economieën in de wereld zijn zo met elkaar verweven dat een probleem aan de ene kant van de wereld leidt tot ellende aan de andere zijde. Een aantal aanhangers van de Occupy beweging legt de schuld bij ons economisch stelsel en het grote graaien zoals zij dat noemen. De oorzaak ligt echter dieper, bij de mens zelf. Of we het nu leuk vinden of niet, bezittingen en geld, evenals de wijze waarop we eraan kunnen komen sturen menselijke gedrag. Een mechanisme dat iedereen in de genen zit gericht op de bevrediging van behoeften. Dat leidt in een aantal gevallen tot misdragingen. De rekening van de resultaten van misdragingen komt bij ons allemaal terecht, zeker in een globale economie zoals die er onmiskenbaar is. Verstandige regelgeving moet leiden tot de bestrijding daarvan.
Dat regelgeving niet altijd de beoogde effecten heeft moge duidelijk zijn, maar ook het bekostigde onderwijs gaat dit aan den lijve ervaren. Als gevolg van de economische crisis zijn veel landen aan het bezuinigen geslagen om de uitgaven in balans te brengen met de inkomsten. Hoewel ook economen het er niet over eens zijn of dit nu de meest handige manier is, blijven de gevolgen niet uit. Ook hier stuiten we op Europese regelgeving die de komende jaren een bijzonder nadelig effect gaat hebben op het Nederlandse onderwijs.
Aan de basis ligt een afspraak binnen de EU dat studenten uit de verschillende lidstaten kunnen worden toegelaten tot de opleidingsinstituten van die lidstaten en daarbij eenzelfde bedrag aan collegegeld verschuldigd zijn als de studenten uit het eigen land. Dat klinkt natuurlijk erg mooi, maar hierdoor dreigt er een situatie te ontstaan die wel uit de hand moet lopen. Hieronder een kleine toelichting.
De Britse regering heeft besloten de collegegelden voor bachelor- en masteropleidingen te verhogen naar £ 7.000 tot £ 9.000 pond per jaar, ongeveer € 8.000 tot € 10.000 per jaar. Dat is heel wat meer dan het bedrag van € 1.713 per jaar dat de Nederlandse student moet betalen. Kinderen maken zich het Verenigd Koninkrijk daarom steeds minder populair bij de ouders als ze willen gaan studeren. De situatie is er nu zo dat eenzelfde opleiding bij BPP University, een particuliere instelling in de UK, nu £ 2.000 tot £ 4.000 voordeliger is per jaar. Er is weinig fantasie voor nodig om te bedenken wat er binnen de EU gaat gebeuren. Veel Britten zullen hun heil elders gaan zoeken om aan de hoge kosten van studeren te ontsnappen.
Dit gaat grote consequenties hebben voor de Nederlandse universiteiten en hogescholen. Voor elke student ontvangt een bekostigde hogeschool immers een kleine € 10.000 van de overheid. Het zou een regelrechte aanslag op de belastinginkomsten zijn als de overheid niet een macrobudget voor het onderwijs had ingesteld. Nu wordt dezelfde pot verdeeld over veel meer studenten, zodat het bedrag wat die hogescholen ontvangen per student fors naar beneden zal gaan. Veel meer studenten op de hogescholen en universiteiten, maar eenzelfde zak geld. Een situatie die alleen is op te lossen door het collegegeld eveneens fors te verhogen of de Europese regelgeving aan te passen. Binnen de EU is nog veel werk te verrichten als het gaat om de ongewenste effecten van regelgeving.
Als we kijken naar de situatie in Nederland dan doen we het in vergelijking met ander landen nog niet zo slecht. Het werkloosheidspercentage is relatief laag wat doet vermoeden dat Nederland relatief ongeschonden door de economische crisis heen fietst. De groei van de Nederlandse economie bedraagt in 2011 1,5%, maar wordt voornamelijk veroorzaakt door de toenemende export. De binnenlandse bestedingen blijven achter. Cijfers over de arbeidsmarkt van het CBS leiden tot het bovenstaande overzicht.
Het lijkt er eveneens op of er werk zal zijn voor iedereen. Dat gaat echter uit van de veronderstelling dat de voorkeuren voor studierichtingen en de vraag naar arbeidskrachten netjes op elkaar afgestemd zijn. Dat is beslist niet het geval. De vraag naar mensen met een financieel economische opleiding zal het aanbod nog steeds overstijgen. Voor studenten met de juiste opleiding ligt er een rooskleurige toekomst in het verschiet.
Van welke beroepsopleidingen kunt u verwachten dat ze leiden tot een kwalificatie met toekomstperspectief?
Studeren kunt u aan de diverse door de overheid bekostigde hogescholen of bij een op de financieel economische opleidingen gespecialiseerd particulier instituut zoals Hogeschool Markus Verbeek Praehep.
Studeren bij particuliere opleiders lijkt duurder dan bij bekostigde hogescholen. Door de te verwachten verhogingen van het collegegeld, de heffing van instituutscollegegelden bij een tweede bachelor en de langstudeerboetes is het studeren bij particuliere instellingen soms voordeliger.
Vooral bij deeltijdstudies kan het gebeuren dat men langer over de studie doet dan de nominale 3 of 4 jaar. Het is verstandig om daar rekening mee te houden bij de vergelijking van studiekosten.
Daarnaast kan soms gebruik worden gemaakt van de WVA-regeling voor initieel beroepsonderwijs waardoor de werkgever ruim € 5.400 bespaart op de studie-kosten.
2008 | 2009 | 2010 | 2011 | ||
Bevolking | (x 1000 pers.) | 16.446 | 16532 | 16.605 | 16.660 |
Beroepsbevolking (15-64) | (x 1000 pers.) | 7.801 | 7.846 | 7.805 | 7.790 |
Werkzame beroepsbevolking (15-64) | (x 1000 pers.) | 7.501 | 7.469 | 7.370 | 7.350 |
Werkloze beroepsbevolking | (x 1000 pers.) | 300 | 377 | 435 | 435 |
Beroepsbevolking (15-64) | (%) | 1,9 | 0,6 | - ½ | - ¼ |
Werkzame beroepsbevolking (15-64) | (%) | 2,6 | - 0,4 | - 1 ¼ | - ¼ |
Werkloze beroepsbevolking | (niveau in %) | 3,8 | 4,8 | 5 ½ | 5 ½ |
Idem, internationale definitie | (niveau in %) | 2,8 | 3,4 | 4 ¼ | 4 ¼ |